woensdag, januari 28, 2009

Dag 18 Dinsdag 2-9-.08 Naar Kegno en het ger camp

18 Dinsdag 2-9-’08 Naar Kegno en het Gerkamp

Bij het ontbijt vloog een buizerd in duikvlucht over onze hoofden, prachtig wat een vogel.
Alles ging weer de busjes in. Vannacht slapen we weer in een Gerkamp. We kwamen voorbij een woestijnstad, waar de verschillende soorten huizen stonden, we zagen zelfs enkele pubs. Verder rijdend kwamen we weer bij een aantal verkopers van snuisterijen en zogenaamd antiek. Die verkoper wilde ik wel meenemen, maar dat mocht niet van zijn vrouw, dan maar een foto maken, en dat mocht wel. Vlakbij stond een prachtig monument, waarop je kon zien, hoe groot Mongolië nu was, en tevens hoe groot de Turkse overheersing was. Dat zelfde zag je ook, maar dan hoe groot Mongolië was ten tijde van Djenkis Khan met in het midden een stupa. Djenkis trok ten strijde met een soort vaandel met 4 zwarte veren, en als hij dan gewonnen had, kwam hij met 9 witte veren terug.
Onze volgende stop was bij een prachtig groot Budistisch Klooster, dat in de loop der tijden al vaak verwoest was en telkens weer opgebouwd. Er stonden tempels in verschillende stijlen, Budistisch of Chinees. Binnen bevonden zich prachtige beelden van Bhuda, van het verleden, het heden en de toekomst. Ook een vrouwelijke Godheid, die was zwart en zag er angst aanjagend uit, ze trouwde met de duivel, en baarde een kind, ze vermoorde haar echtgenoot, bond zijn vel op een ezel, en at haar kind op. Griezel de griezel, maar zo had zij wel mooi het Kwaad vernietigd. Twee hele oude vrouwtjes liepen er ook en ik hoorde, dat zij al 93 jaar waren, zo mooi in rode mantels, ik dacht eerst dat het monniken waren. Overal worden blauwen sjaals omgebonden, om takken, om stupa’s en om de ringen van een deur.
Toen we weer buiten het hele complex waren, zat daar een jongen met een adelaar, die aan zijn poten vast zat, helaas sprak hij geen Engels, zo kon ik hem niet vragen of hij ook wel eens rond kon vliegen. Voor 1 $ kon je er mee op de foto, dat wilde ik wel, zo’n prachtbeest, maar wel loodzwaar, ik kon hem niet alleen op mijn arm houden, en die jongen moest mijn hand ondersteunen. Zijn klauwen waren enorm en die knepen dwars door de leren handschoen heen, die ik over mijn hand had gekregen. Gelukkig maakte Jelle foto’s met mijn camera, zodat ik daar wel het bewijs van heb. Nog een laatste blik op het klooster en verder ging het weer, niet zo erg ver, want het was lunchtijd. Eerst een mooie groepsfoto, met Uyanka, Zocra en de beide chauffeurs erbij. Dan de lunch, compleet met bedelende hondjes. Onze busjes hadden olie nodig, en we stopten bij een soort service station, het was er een drukte van belang. We zagen een schattig meisje, kinderen zijn hier vaak heel modern gekleed. Er was ook een grote elektriciteit centrale, en het vruchtbaarheid symbool kon echt niet worden overgeslagen, er stond wel een hekje omheen.
Wij gingen een tolweg op en er moest betaald worden. We zagen grote rotsblokken en weer bergen. Daar was het Gerkamp. Ha, dacht ik alle batterijen opladen. Nou, onze Gers hadden geen elektrisch licht, en geen stopcontact, maar de douches waren warm en de toiletten schoon.
Na 2 nachten met blote billen in de koude wind achter een steen gezeten te hebben, was dit toch een weelde. Deze Gers sloten ook niet helemaal tot op de grond, dus de wind waaide er vrolijk onderdoor, en ik wilde er maar niet aan denken wat er nog meer onder door zou kunnen kruipen. In mijn Ger stonden weer 3 bedden, dus had ik weer 2 extra dekens, heel goed voor een koukleum, zoals ik.
Het restaurant was heel smaakvol ingericht in een grote Ger. Eerst gingen we een uurtje paard rijden. De paardjes zijn klein. Een jongen hield José’s en mijn paardje aan de lijn en zo wandelden we heel rustig, met ons zessen, de steppen in. Het zadel was wel een beetje hard, ik miste eigenlijk mijn fietsbroek. Toen we er na een uurtje weer afstapte, zakte ik bijna door mijn knieën, gelukkig had Linda dat ook en na 2 stappen was het weer over. Het eten was ook hier lekker, en er werd gezellig nagetafeld. Toen ik uiteindelijk naar mijn Ger ging, wist ik het goed, eerst links, dan rechts, een soort heuveltje over en dan de sleutel in het slot, met het lampje op mijn hoofd ging dat prima. Toen ik de deur wilde sluiten en op slot doen lukte dat niet, dus ik probeerde het nog een keer, totdat ik opeens een stem hoorde, Isabel wat doe je in onze tent? Ik schrok mij dood, en ja hoor, hun spullen stonden er en die sleutel past schijnbaar op meerdere sloten. Mijn Ger stond er recht achter. Alle dekens op bed gelegd, en heerlijk geslapen, totdat mijn mobieltje begon te pruttelen, en ik mij afvroeg, wat dat voor een raar geluid was. Dat was de wekker.

Geen opmerkingen: